'Naar mij kijken!' En dan niet met één uitroepteken maar met minstens vier. Enig idee hoe vaak ik dat hoor tijdens een zondagochtend fietstochtje? Oké, dat is dan wel een fietstochtje met een zogenaamde Mountainbike. Niet dat er hier nou zoveel 'mountains' zijn, maar goed, die fiets heet nou één keer zo.
In de praktijk komt mountainbiken in Nederland neer op proberen zo hard mogelijk dwars door bos, heide of zand te fietsen over (soms) speciaal daarvoor aangelegde mountainbike routes. Terwijl je door kuilen en over hobbels heen stuitert je uiterste best doen geen bochten te missen, op je zadel te blijven zitten en alle bomen proberen te ontwijken.
Ik krijg 'les' van mijn man. Dat is voor hem leuk, want dan heeft hij ook iets te doen onderweg. Vandaag krijg ik les in 'bochten'.
In het algemeen: als je probeert zo hard mogelijk over een heel smal bochtig paadje tussen de bomen door te fietsen is het heel handig als je weet hoe je een bocht moet nemen. Als je dat niet kunt fiets je namelijk meestal rechtdoor, of je moet heel hard remmen. In het eerste geval kom je dan niet echt waar je wezen wilt, in het tweede geval moet je steeds opnieuw weer snelheid maken en daar wordt je best wel moe van, weet ik uit ervaring.
Dus het advies: elleboog naar beneden drukken, in de bocht gaan hangen, snelheid houden, doortrappen en naar mij kijken (nou ja naar hem dus). Probeer dat maar eens allemaal tegelijk te doen. Ik kijk… maar vergeet te sturen, ik hou mijn elleboog goed en ga in de bocht hangen maar vergeet te kijken of ik moet een zanderige heuvel op met een boomwortel net voor de bocht en sta al stil voor ik überhaupt kan sturen.
Als ik anderhalfuur later weer bij de auto sta ben ik blij dat alles er nog aan zit en ben ik ook nog best wel tevreden over mezelf. Volgende week weer!